Bugaboos
Dag 3 172 nm
Castlegar –Cranbrook met een tussenstop in Creston
Little Navmap route: https://my.hidrive.com/lnk/vQTCvpRg
Leg 7. Castlegar (CYCG) – Creston (CAJ3) 97nm. Hwy 6 en 3A.
Castlegar dankt zijn bestaan aan de grote spoorbrug die moest worden aangelegd rond 1900 over de Columbia River gevolgd door een station en herberg. Voordien bevolkten twee kleine First Nations-stammen deze regio. Onze vliegtocht naar de Rockies in het Oosten maakt grote slingers in de dalen van rivieren en meren. We passeren Kaslo (900 inw.) op de westoever van het Kootenay Lake, een idyllisch plaatsje, een mini Zwitserland. Het heeft zo waar een vliegveld met een asfaltbaan en een rechtstreekse verbinding met Vancouver.
Het vliegveldje van Crawford Bay, waar we even later over vliegen, stelt daarentegen niet veel voor. Met meer gerief landen we in Creston (5 300 inw.) aan het eind van het Kootenay Lake. Het werd ooit bewoond door per kano rondtrekkende First Nations, waarvan er een aantal (nu) gesetteld zijn. Naast de spoorlijn waren hier landbouw (boven de oevers van het water) en bosbouw bronnen van bestaan voor de eerste immigranten. Het vliegveld is sinds kort voorzien van een verharde baan en een hek om wilde dieren (vnl. elanden) op afstand te houden.
Leg 8. Creston (CAJ3) – Cranbrook ( CYXC) 75 nm. Hwy 3.
We vliegen verder door de bergen boven Hwy 3 (die we al veel volgden) tot Yakh en vervolgens door Yakh Prov. Park en Ryan Prov. Park naar Cranbrook ( met 20 000 inw.). Vlak bij Yakh is de grens met Idaho. We komen steeds dichter bij de Rockies en dat zien we op onze hoogtemeter. Het vliegveld ligt op 1 116 m en wordt of is al geschikt gemaakt voor internationale vluchten. Cranbrook is redelijk vlak en krijgt ‘s winters vooral op de omringende heuvels veel sneeuw en heeft een prachtig zicht op de nog hogere besneeuwde Rockies. Het ontwikkelde zich dank zij mijnbouw (goud), bosbouw en natuurlijk de spoorweg die vanwege het goud een flinke omweg maakte.
Groeten, Joop